Pagina's

zaterdag 26 september 2015

De groene oase- Zomerse OTN-Avonturen deel #6


Had ik al wel eens verteld dat ik mijn kinderen niet normaal opvoed? Goh, hoor ik u denken, echt? Niet opgevallen hoor... Ja, nee. Oke, ze zijn óók best een beetje normaal. Willen gewoon televisie kijken op zondagochtend, maar geloven tegelijkertijd heilig in kabouters. En heksen, en trollen. Dat komt omdat ik ze een soort Bolderburenjeugd probeer te geven. Waarin ze avonturen beleven  die ze zelf verzinnen. En dat als het warm is, ze hun kleren uittrekken en dan poedelnaakt in een idyllisch meer springen. Maar meren zijn er niet zoveel in het centrum van Utrecht. Dus daar loop ik dan een beetje vast met mijn pedagogische idealen. In plaats daarvan zet ik dus heel vaak de film van Bolderburen aan, en Ronja de Roversdochter. In het Zweeds. Dat is ultieme slowtelevisie, waar ze dan ook nog eens niks van verstaan.  (Dit heb ik overigens vast al een keer verteld, maar ik heb moederschapsdementie, dus pech voor jullie, hier nog een keer...) En geloof het of niet, ze vinden het leuker dan Anna's en Elsa's Frozen. Er zitten tenminste ook niet van die akelig zielige verhaallijnen in. 


Maar goed, als we het Utrechtse centrum verlaten voor vakantie, moet de bestemming heel erg Bolderbuurderig zijn. Zo kwamen we in Limoges terecht op camping Les Pourettes . Daar lijkt het helemaal niet op Zweden, maar het was een bijzonder goede plek om in prachtige ongerepte natuur je in een vennetje te storten. Dus dat deden we een week lang. Vissen en kikkers vangen, stenen verzamelen, verstoppertje in het bos spelen en zwemmen met de waterslang (een echte, waar ik stiekem toch wel de bibbers van kreeg). En 's avonds aanschuiven bij de overvloedige table d'Hotes van campingbaas Adriek (die vroeger mijn ponymeisje was, maar nu een fantastische Franse natuurcamping is begonnen) met de rest van de campinggasten. 

Het ging natuurlijk ook regenen, want dat gebeurt nou eenmaal overal waar wij ons kampement opslaan. Zelfs dat hielden we twee dagen vol: met vijf personen in een tent, vijf uur lang kwartetten en croissantjes eten. Enig vonden ze het. Toen we ten einde raad maar in onze regenpakken gingen wandelen, bleek dat ook helemaal niet erg. We vonden bramen en een kasteel. Nou, wat wil een mens nog meer?  




Zie? Dolle pret. En croissants. Wat we ook in de regen deden, was dorpjes bezoeken. Allemaal even sprookjesachtig met kastelen enzo. En groots aangekondigde vide greniers. Laat ik nou dol zijn op Franse rommelmarkten waar je voor een appel en een ei antieke nachtkastjes kunt vinden die je dan in je volgeladen achterbak probeert te proppen omdat ie zo ontzettend woonblad-waardig is. Dus daar gingen we, anderhalf uur rijden, iedereen sliep, de regen tikte gezellig tegen de ramen. We volgden gespannen de bordjes, vroegen ons bezorgd af of al die schattige Franse tafelkleedjes niet te nat zouden worden en toen waren we er. 

Er stond een partytent. Waar tien Franse mannetjes met t-shirts, waar dingen als 'organisation' opstonden, worst aten. En er waren zes ZES stalletjes. Met trekkeronderdelen. Ja. In de regen. Jammer genoeg was er net niet genoeg ruimte in de achterbak voor een antieke ploeg ... 



Gelukkig werd het ook weer droog. En kwamen we ook aan een ander traditioneel onderdeel van onze vakantie toe, naast eindeloze regen; het ziekenhuisbezoek. We zagen al eens een huisarts in Bordeaux, die zich gevestigd had in een monumentaal pand, ingericht als museum. Als u eens in de buurt bent, zeker de moeite van het bezoeken waard. Gewoon wat eigenaardig kuchen, is meestal wel genoeg voor een afspraakje. We vergeten ook nooit meer de bergdokter waarop we een uur of vijf in de wachtkamer moesten wachten en van wie we vervolgens een tas vol spullen per ski in een volgend dorp moesten gaan halen. En nu brachten we dat magere scharminkel van een Otto maar eens naar de eerste hulp, omdat we na een week die twaalf dunne luiers per dag zat waren. Ze plakten een zak om zijn piemel en vonden toen dat hij daarin moest gaan plassen. Dat deed ie na een uur nog niet, maar krijsen des te harder. Toen de plakzak er af mocht, kregen we wel een boodschappenlijst aan medicijnen mee, want zo zijn die Fransen. Van schrik, nog zonder enige pil te hebben gekregen, stopte Otto toen maar met ziek zijn en begon weer met eten. En terecht. 


** Volgende keer in het laatste deel van de serie 'Zomerse OTN-avonturen'; Hoe we verhuizen naar het warme Zuiden en hoe de oudste freule zich van een vijf meter hoge rots de rivier in stort. ** Dat wil je niet missen!

zaterdag 19 september 2015

Als een God in Frankrijk- Zomerse OTN-avonturen deel #5

Dat schiet dus niet op hè, zo'n zomervakantie uitrekken tot een eindeloze reeks blogs. Dan ben ik straks in de herfstvakantie nog bezig. Zodat iedereen écht denkt dat ik alleen nog maar op vakantie ga. Dat is niet zo mensen, heus niet. Maar op vakantie schiet ik nu eenmaal wel de meest fotogenieke plaatjes. Dat volgeregende dakterras van mij spreekt net iets minder tot de verbeelding dan, nou ehm laat ik eens wat noemen dit:

Of dit bijvoorbeeld:

 En als ik dan toch bezig ben, dit ook:

Mijn hémel, wat waren wij ineens op een magisch Frans plekje beland. Zo sta je met je laarzen in de zompige Hollandse klei, zo dartel je over gele grasvelden naar een bibliotheekhuisje. Of verkleedtent. En zoals dat altijd bij ons gaat, was het een wonderlijk toeval dat we hier terecht kwamen. Kijk, andere mensen plannen hun vakanties. Tenminste, dat denk ik. Gezellig in de winter, haardvuur aan, wijn erbij, met de atlas op schoot een bestemming prikken, of op internet (wie heeft er nou nog serieus een atlas, ouwe taart dat je er bent) wat prachtplekken bij elkaar googelen en dat dan boeken. Wij niet. Dat is geen keuze, of overtuiging, dat lukt ons gewoon niet. Iets planmatig aanpakken. Nee, het ging zo: 

'Zeg, ik heb een paar weken vrij genomen, waar gaan we eigenlijk naartoe?' 'Geen idee? Wanneer heb je vrij?' 'Over twee weken.' 'Oh ja. Zullen we kamperen? Met die bejaarde vouwwagen van mijn ouders?' 'Prima. Frankrijk? Bij die boerencamping waar je altijd je lyrische jeugdverhalen over vertelt?' 'Ja! Ja! Ja! Goed idee. Haal jij de dag voor vertrek dat vouwding op, ga ik nog even een week alleen met de kinderen op pad en pak ik gewoon even voor vier weken wat tassen in.'

Nou, geregeld. Verhuizen is er niks bij, maar er was een plan en een bestemming. Meer heb je niet nodig toch? Toch wel. Namelijk de camping. Die was er niet meer. Hoorden we de dag voor vertrek. De boer en de boerin waren te bejaard geworden (niet zo gek, in mijn herinnering waren ze al bejaard toen ik daar als driejarige rond dartelde.) en hadden de camping gesloten. *aanzwellende dramatische muziek- ineenstortende wereld van ondergetekende*

Even nog wat plaatjes van waar we wel terecht kwamen hoor, anders wordt het zo'n akelig verhaal: 




Dus. Mijn allerlievelingste plekje om vakantie te vieren, bestond niet meer. Poef! Dat hakt er in hoor mensen. Maar goed, gelukkig is daar Sociale Media. Die bestaan niet alleen uit kattenfilmpjes of petities, maar ook gewoon uit hulpvaardige mensen die met alle liefde campingtips delen. En zo kwamen we in Picardië, bij atelier de la Charité  terecht. (Geertje bedankt, Geertje bedankt, Geertje, Geertje, Geertje bedankt!)

(Dat ging ook niet zonder slag of stoot trouwens. Eerst wilden we in Nederland even testen of die tent eigenlijk na 32 jaar nog wel waterdicht was, maar toen we de camping opreden, bleek ie vol. Toen dropen we af naar huis, verzonnen deze bestemming, stouwden de kinderen in de auto, belden voor de zekerheid toch maar even en... Vol. Maar toen gebeurde er een wondertje, we werden teruggebeld dat er een annulering was. Phiew!)




Deze plek, oh man! Die is me toch adembenemend mooi. Al bij het eerste verkenningsrondje vervielen we in diepe verliefdheid. Door het hoge gras liepen paadjes naar een allerliefst bibliotheekhuisje, (een glazen huisje met het mooiste uitzicht en een piepklein boekenkastje erin, voor instant Zen-ness) een heerlijke tent met een verkleedkist en een prachtig podium achter een trekker. Bonte avond was meteen aaaan, met een avondvullend programma van de freules. Dansjes, liedjes en modeshow. Serieus, waarom we de oudste freule ooit kleren uit een winkel hebben gegeven is me een raadsel. De jurk op bovenstaande foto maakte ze namelijk zelf. Van een lap stof. Ze vond er wel tien verschillende kledingstukken mee uit en was me toch een partij in haar nopjes!  



En wat doe je dan zoal op een fantastische camping? Eten natuurlijk. Met de hele camping  aan de in de houtoven gebakken pizza's door de campingeigenaren. Met koud bier en avondvullende goede gesprekken. Spelen bijvoorbeeld. Op de 'trampo' of in een vuurtorentent, pippowagen of in de schommelstoel met hun vrienden. En nou ja, af en toe een kip uit je bed jagen. Beter wordt het niet hoor, zo'n vakantie. Of toch wel? Nog twee zomerse OTN-avonturen te gaan! 

** Volgende keer in de serie 'Zomerse OTN-avonturen'; Hoe we zwemmen met waterslangen en maar liefst zes verregende stalletjes met trekkeronderdelen vinden op de vide grenier waar we anderhalf uur voor in de auto zitten. ** Dat wil je niet missen!

donderdag 10 september 2015

Licht aan de hemel- Zomerse OTN-avonturen deel #4


Vanavond zou blogavond worden. Met zomerse plaatjes en luchtige verhalen over niksigheid. Maar het lukt niet. Het past er niet bij in mijn hoofd. Dat zit vol met krantenberichten die bol staan van de ellende. Een vluchtelingenjongetje op het strand, een door mij bewonderde schrijver die het licht in het leven niet meer zag. Ik vind het nogal wat. Ik huil ervan. Het maakt me machteloos, droevig, boos en gefrustreerd. En alles wat hier de dagelijkse gang van zaken bepaalt, nogal zinloos. Dus zat ik hier vanavond moedeloos voor me uit te staren en  een pak hagelslag leeg te eten bij gebrek aan beter. Hielp dat? Nee natuurlijk niet. Niks helpt. 

Noem mij een pessimist, maar ik denk dat een rugzakje met rondslingerend kinderspul dat ik zou kunnen doneren echt niks verandert aan het vluchtelingenvraagstuk. En dat Joost Zwagerman er geen donder aan heeft dat ik om hem treur en me nu voorneem zijn boeken nog maar eens te gaan lezen. Maar wat dan? Ik weet het niet zo goed. Grote dingen des levens kun je niet zo maar veranderen. Maar al het kleine misschien wel. Al is het maar dat we stil staan bij wat we hebben. Geluk, liefde, gezondheid, ze zijn niet vanzelfsprekend. Als je ze hebt, moet ze bejubelen, omarmen, vieren. Dus dat ga ik dan toch maar doen. De fijne gewone dingen laten stralen. Omdat ik zou willen dat iedereen lichtpuntjes om zich heen kan zien.  



Nou goed, waar waren we? Even een schets: boerderij- kinderschare- dierenschare- regen en blubber. Heerlijke lichtpuntjes. Maar weet je? Net als je denkt, nu ga ik in bed liggen met mijn hoofd onder de deken en kom er nooit meer uit, wordt het droog. Zo gaat dat. En zo kwam het dat de freules toch nog euforisch op een pony klommen en hun moeder verbouwereerd aan de kant van de bak achterlieten toen ze zonder naastloper, al dravend naar me zwaaiden. Ik zweer het je, dat deden ze, met die 3 en 5 jaar van ze. Nu zou ik het liefst hier de tientallen ponyfoto's die ik van ze nam, posten, plus de filmpjes waarop ze als ware amazones rondrijden. Ja joh, zo'n uit z'n voegen barstend trots moederhart doet rare dingen met je. Gelukkig bezit ik een klein beetje gezond verstand en weet ik dat behalve oma en opa daar niemand een plezier mee doe. (Dat ze al lang en breed op Facebook staan vergeet ik voor het gemak maar even. Stt. En sorry.Nee, echt geeeeen sorry daarvoor.Weet je hóe knap!) 



Om paard te kunnen rijden, beschikken de freules over een kek paardrijpak. Om op de boerderij rond te lopen, hebben ze de beschikking over een heus boederijpak. En gaat dat dan zo, zoals bij alle boerengezinnen uit de wijde omgeving, dat buiten louter de overall wordt gedragen? En zondag je goede goed? Welnee, want in die gezinnen wonen niet mijn freules. Die houden namelijk alleen van strak, en tule en glitter en gloednieuwe 'skinny's', en vooral niet van overalls. Zelfs niet als die knalroze zijn. Maar liefst een uur werden ze gebruikt, daarna moest er worden omgekleed. Net als de rest van de week waarin ook elk uur de kleren werden verwisseld als ze weer eens onder de kippenpoep, blubber, etensresten of ondefinieerbare rotzooi zaten. Gelukkig is mijn hobby wasmachine's aanzwengelen, dus de dames verwenden me. 




Nu denken jullie natuurlijk allemaal, ahgod, die freules zijn van die hele lieve propere kindjes. Wat fijn. Ja. Nee. Dat is het dus niet. Daar waar vlekken op de kleren niet gewaardeerd worden, vinden ze aangekoekte korsten voedsel in huidplooien dan weer niet hinderlijk. Of haren die langzamerhand in dreadlocks overgaan. Zwarte klauwnagels? Prima. Als er maar niet gedoucht of gebadderd hoeft te worden. Ze zouden nog liever in de sloot springen onder het mom van 'dan zijn we toch ook schoongespoeld?' dan dat er shampoo in hun haar terecht zou komen. Vooral dat hele lieve kleine trolletje is allergisch voor zeep, sop, borstels, poetsdoekjes en nagelknippers. Het is een wonder dat er niet de hele dag een zwerm vliegen om haar heen hangt. 





Twee van de drie kreeg ik uiteindelijk schoon. Voor een 'boerderijbad', een wasmand warm water in het weiland, waren ze wel te porren. Het derde trolletje is in de gehele vakantie van vier weken drie keer onder de douche geweest. En dat is in kilometers omtrek te horen geweest. Daar staat dan wel weer tegenover dat ze na deze boerderijweek klaar was met omkleden en drie weken lang dezelfde kleren aantrok. Dat vond ik dan weer goed bedacht van ons Floddertje. 





En zo kwam aan de eerste heerlijke vakantieweek een eind. De boerderij, de meest magische plek op aarde waar zelfs eindeloze regen niks aan kan veranderen, was een heerlijk vertrekpunt voor verdere vakantieplannen. Dat die niet vlekkeloos verliepen, spreekt vanzelf. Dat maakte op de laatste avond bij ondergaande zon, hinnikende pony's op de achtergrond, knapperend kampvuur bij onze warme benen, en tokkelende gitaren die over het erf galmden, nog geen mens uit. Daar, met uitzicht op de weilanden, lijkt de rest van de wereld even niet te bestaan. Daar is alles goed. Was alles maar altijd zo.  


** Volgende keer in de serie 'Zomerse OTN-avonturen'; Hoe alle Franse campings subiet hun deuren sluiten zodra ze er lucht van krijgen dat wij er met onze 32 jarige vouwwagen aan komen. ** Dat wil je niet missen!

vrijdag 4 september 2015

Boerderij in de blubber- Zomerse OTN- avonturen deel #3

Daar gingen we: vakantie! Hiephoi, tasjes vol zwemspullen, zonnebrand en badhanddoeken propte ik in de auto. Nog voordat ik de achterklep dicht probeerde te beuken, brak de hel los. Moessonregen, rukwinden, onweer, alles. Zomerstorm. Tuurlijk. Zo gaat het namelijk altijd op onze vakantie. Weet u nog vorig jaar? 9 graden op het ondergelopen eiland Texel. Huilend lag ik in bed... Het begin was dus als vanouds: zomers weer? Dat gingen we deze week niet krijgen. 







Met gevaar voor eigen leven reden we heulemaal naar het exotische Ijhorst. Dat werd ten zeerste afgeraden door de ANWB, zeker als je zo gek was om je met aanhanger op de weg te begeven. Laten wij nou net met veel moeite de vouwwagen hebben opgehaald en aangekoppeld. Nou ja, een beetje livin' on the edge kan geen kwaad en tussen de omgevallen bomen door kwamen we aan in één stuk. Dat was al heel wat. Wat gingen we doen in IJhorst? Laat ik eerst vertellen dat we kan worden vervangen door ik. Ik ging weer een weekje moeder-alleen-met-kinderen-op-vakantie spelen. Mijn nieuwe hobby. En daarbij ging ik voor een boerderij met een kudde pony's, vier tekkelpuppy's,  drie honden, een zooi kippen, een konijn en een cavia zorgen. 

Ik had twee taken: Houd alles en iedereen in leven. En kom niet met een puppy thuis. Maar een van die twee opdrachten is gelukt. En nee, ik heb nu geen hond. Er sneuvelde een kip. Dat was de beste optie van alle dieren, dat kan ik wel vertellen. Dit was het enige dier zonder naam, dat scheelt een heleboel gedoe en verdriet. Al was de ontzetting bij de meisjes er niet minder om natuurlijk. Verder ontsnapte er maar één pony (drie keer, stt), werd er maar een keer verkeerd voer uitgedeeld, heeft Otto maar een keer het schrikdraad vastgepakt, zat ik maar een keer onder de hondenmoedermelk omdat ik te lang had gewandeld en moeders daarna graag op mijn schoot haar stuwing weg wilde drukken, en had ik maar een keer stress omdat ik dacht dat er een puppy ondervoed dreigde te raken wat natuurlijk helemaal niet zo was, maar dat het keukenweegschaaltje met een wiebelige beslagkom niet de nauwkeurigste meetinstrumenten bleken te zijn om zuigelingen te monitoren. Best een aardige score vond ik zelf. 





De zomerstorm bij aankomst was het voorproefje van de rest van het heerlijke zomerweer de rest van de week. Het regende, regende, regende, onweerde, regende dagen achtereen. Het was fijn dat we niet in een tent zaten. Dat wel. Maar toch was het wel enigszins kamperen, aangezien ik met de freules in een keetje sliep. En Otto had een privé exemplaar. Dat leek me reuze handig met uitslapen en dat soort voor de hand liggende babyzaken. Waar ik geen rekening mee had gehouden waren de nachtelijke weersomstandigheden. Dat ging zo: slagregens en onweer. De meisjes sliepen, de man sloeg een kreet door de babyfoon. Kreun. Zaklamp zoeken- kaplaarzen aantrekken- trui met capuchon zoeken- door de stromende regen naar het keetje strompelen- speen zoeken- aai geven- door de regen terug soppen- weer in slaap proberen te komen. Niet echt mijn lievelingsvorm van nachtbraken. 





Maar goed naast nadelen -geen ponyrijden in onweer- waren er ook voordelen: in een ondergelopen bak kun je een prima waterballet houden. De donkere luchten waren vaak adembenemend mooi. Elke zonnestraal werd met luid gejuich begroet. En we bouwden de deel om tot bioscoop, zodat de freules nu weten wat Minions zijn ('Die gele poppetjes van Maya de bij die op het blikje in de Franse supermarkt staan.' Duidelijk toch?) en dat er verschrikkelijke dingen in de wereld gebeuren zoals dat Simba de leeuw zijn vader verliest en dan ook nog wordt verjaagd door een gemenerik en dat het dan helemaal niet uitmaakt dat het uiteindelijk allemaal goed komt, want dat je vader doodgaat is het ergste wat er is en dan kan de rest van de Lion King je gestolen worden. (Dit is overigens ook mijn mening. Wie verzint zulke gruwelijke plotten zeg...).  







Om de meisjes toch een beetje het buitengevoel van de boerderij te geven, daar kwamen we per slot van rekening voor- o ja en de tekkelpuppy's natuurlijk, dat was ook best een goede trekpleister- dwong ik ze tot wandelen. Dat ziet er allemaal leuk en aardig uit, maar de waardering van zulk fijn samenzijn in de buitenlucht kun je zeker ondermaats noemen. Als je beschaafd bent. Dat zijn grote freules lang niet altijd, dus die ondergaan wandelen als langdurige martelingen. En freules zijn zeker niet op hun mondje gevallen, dus die gillen het gehele rondje om het ven dat ze het LANG vinden duren, dat ze HONGER hebben, en vooral honger in SNOEP, dat ze je STOM vinden omdat jij vond dat ze moest WANDELEN, en dat ze daar toevallig geen ZIN in hebben. En dat gekrijs gaat verder gepaard met je zus met stokken slaan, boos de andere kant op stampen, er dan achter komen dat dat een heel dom idee is, want dat daar de wandeling alleen maar langer van wordt,  demonstratief op de grond neerzijgen met de mededeling dat je noooooooit meer verder gaat lopen, voet bij stuk houden en uiteindelijk omgekocht worden met een zak drop. Kleine freules huppelen vrolijk door het bos, rennen met de honden en plukken bloemen voor hun moeders. Daar kan iedereen wat van leren. 

Tot zo ver het zalige begin van de vakantie. De boerderij avonturen zijn nog niet afgelopen, welnee. Dus maak je borst maar nat: 

** Volgende keer in de serie 'Zomerse OTN-avonturen'; Hoe drie stadskinderen langzaam de schutkleuren van een doorgewinterde trol beginnen aan te nemen en hoe ze boers worden schoon geschrobd. ** Dat wil je niet missen!

Disclaimer: Lieve medefotografiecursisten en Maud: ik weet dat ik mijn projectfoto's geheim moet houden. Dat kan ik natuurlijk helemaal niet. Deze foto's bekijk je dus op eigen risico. Zeg niet dat ik niet gewaarschuwd heb!